De geschiedenis van de Havixhorst
Al zo'n 1.000 jaar geleden vestigden de vroegste Nederlandse boeren zich aan de rand van het riviertje de Reest, op hoge plaatsen of 'horsten' tussen de natte hooilanden. De Reest heeft het schilderachtige karakter van een brede beek, een noordelijk overblijfsel van de Overijsselse Vecht uit de oertijd.
Al in 1371 wordt De Havixhorst voor het eerst genoemd als bewoonde plek in het Reestdal, niet ver van Meppel. In 1618 volgt de officiële erkenning als 'havezate', de Oost-Nederlandse benaming voor een ridderhofstede. Je vindt havezates vooral in de landelijke streek tussen Zutphen en Assen. Vanaf de 15e eeuw kregen de heren van Havixhorst het 'collatierecht': het recht om een geestelijke, een pastoor te benoemen in de vlakbij gelegen kerk van het dorp IJhorst, precies op de grens van Drenthe en Overijssel.
De adellijke familie De Vos van Steenwijk woonde er bijna 300 jaar lang, van 1658 tot 1939. Het kasteel was nog tot 1963 familiebezit. Daarna kreeg het een paar jaar lang verschillende openbare functies, zoals bejaardentehuis en vakantieoord voor jongeren.